Vrouwen lopen het grootste risico op depressie tijdens de vruchtbare jaren en kunnen dus ofwel zwanger worden tijdens het gebruik van een antidepressivum of kan tijdens de zwangerschap een recept nodig hebben. Het antidepressivum fluoxetine (FX) is een selectieve serotonineheropnameremmer (SSRI), die de serotonine-neurotransmissie verhoogt. Serotonine is betrokken bij de regulering van een verscheidenheid aan fysiologische systemen, waaronder de slaap-waakcyclus, circadiane ritmes en de hypothalamus-hypofyse-bijnier-as. Elk van deze systemen speelt ook een belangrijke rol bij de ontwikkeling van de foetus. In vergelijking met andere antidepressiva hebben de SSRI’s, zoals FX, minder bijwerkingen. Hierdoor worden ze nu veelvuldig voorgeschreven, vooral tijdens de zwangerschap. Klinische studies suggereren een slechte neonatale uitkomst na blootstelling aan FX in utero. Recente studies bij de schapenfoetus beschrijven de fysiologische effecten van in utero blootstelling aan FX met een 8-daagse infusie tijdens de late dracht bij schapen. Dit is een handig model om de effecten van FX op de fysiologie van de foetus te bepalen. De foetus kan wekenlang in zijn normale intra-uteriene omgeving worden bestudeerd met seriële bloedafname, waardoor gedetailleerde studies van de beschikbaarheid van geneesmiddelen bij zowel moeder als foetus mogelijk zijn, gecombineerd met monitoring van de foetale gedragstoestand en cardiovasculaire functie. Fluoxetine veroorzaakt een acute stijging van de serotoninespiegels in het plasma, wat leidt tot een voorbijgaande vermindering van de doorbloeding van de baarmoeder. Dit vermindert op zijn beurt de afgifte van zuurstof en voedingsstoffen aan de foetus, waardoor een mechanisme wordt gepresenteerd voor het verminderen van de groei en / of het opwekken van vroeggeboorte. Omdat FX de placenta passeert, wordt de foetus bovendien direct blootgesteld aan FX, evenals aan de effecten van het medicijn op de moeder. Fluoxetine verhoogt de gedragstoestand van hoogspanning / niet-snelle oogbewegingen bij de foetus na zowel acute als chronische blootstelling en kan daarom de normale neurologische ontwikkeling van de foetus verstoren. Fluoxetine verandert ook de hypothalamische functie bij volwassenen en verhoogt de omvang van de prepartumstijging van de foetale cortisolconcentraties bij schapen. Foetale FX-blootstelling verandert het foetale circadiane ritme in melatonine of prolactine niet. Studies naar de effecten van FX-blootstelling op de ontwikkeling van de foetus bij schapen zijn belangrijk bij het definiëren van mogelijke fysiologische mechanismen die menselijke klinische studies van geboorte-uitkomsten na FX-blootstelling verklaren. Tot op heden zijn er onvoldoende vervolgonderzoeken op de langere termijn uitgevoerd bij precociale soorten nakomelingen die in utero aan SSRI’s zijn blootgesteld. Daarom is verder onderzoek naar de langetermijngevolgen van blootstelling aan FX en andere SSRI’s in utero, evenals de mechanismen die daarbij betrokken zijn, vereist voor een volledig begrip van de impact van deze middelen op de ontwikkeling. Dit zou zowel studies bij mensen als geschikte diermodellen moeten omvatten.