De afhankelijke persoonlijkheidsstoornis lijdt aan een behoeftigheid die wordt gekenmerkt door een te grote afhankelijkheid van anderen. Zijn of haar emotionele en fysieke behoeften zijn afhankelijk van de mensen die het dichtst in de buurt zijn.
Afhankelijke persoonlijkheidsstoornis wordt beschreven als een doordringende en buitensporige behoefte om opgevangen te worden, die leidt tot onderdanig en aanhankelijk gedrag en angst voor scheiding . Dit patroon begint bij de vroege volwassenheid en is in verschillende contexten aanwezig. Het afhankelijke en onderdanige gedrag is ontworpen om zorgverlening uit te lokken en komt voort uit het zelfbeeld dat ze niet in staat zijn om adequaat te functioneren zonder de hulp van anderen.
Personen met een afhankelijke persoonlijkheidsstoornis hebben grote moeite met het nemen van alledaagse beslissingen (zoals welke kleding te dragen) zonder overdreven advies en geruststelling van anderen. Deze personen zijn over het algemeen passief en staan andere mensen (normaal gesproken één andere persoon) toe om het initiatief te nemen en de verantwoordelijkheid op zich te nemen voor de meeste belangrijke gebieden van hun leven. Volwassenen met deze aandoening zijn meestal afhankelijk van een ouder of echtgenoot om te beslissen waar ze moeten wonen, wat voor soort baan ze moeten hebben en met welke mensen ze vriendschap sluiten. Adolescenten met deze aandoening kunnen een ouder laten beslissen welke kleding ze dragen, met wie ze omgaan, hoe ze hun vrije tijd moeten besteden en naar welke school of universiteit ze gaan.
Het is vaak niet gepast om verantwoordelijkheid over te dragen. verzoeken (zoals de specifieke behoeften van kinderen, ouderen en gehandicapten). Deze individuen zoeken steun en goedkeuring, en kunnen daarom geen meningen of onenigheid uiten, vooral niet met degenen van wie ze afhankelijk zijn. Deze individuen voelen zich zo niet in staat om alleen te functioneren dat ze het eens zullen zijn met dingen waarvan ze denken dat ze verkeerd zijn, in plaats van het risico te lopen de hulp te verliezen van degenen bij wie ze begeleiding zoeken. Personen met deze stoornis vinden het moeilijk om projecten te starten of zelfstandig te werken.
Ze kunnen er alles aan doen om koestering en steun van anderen te krijgen, zelfs tot het punt van vrijwilligerswerk voor onaangename taken als dergelijk gedrag de zorg die ze nodig hebben. Mensen met deze aandoening voelen zich ongemakkelijk of hulpeloos als ze alleen zijn, vanwege hun overdreven angst dat ze niet voor zichzelf kunnen zorgen. Wanneer een hechte relatie eindigt (zoals een breuk met een minnaar of de dood van een verzorger), kunnen personen met een afhankelijke persoonlijkheidsstoornis dringend een andere relatie zoeken om de zorg en ondersteuning te bieden die ze nodig hebben. Ze zijn vaak in beslag genomen door de angst om voor zichzelf te zorgen.
Deze toestand is inflexibel, slecht aangepast en kan disfunctioneren en leed veroorzaken.